Nu het einde van het jaar in zicht komt, blikken we met de burgemeester terug op dit bizarre jaar. Wat heeft het jaar betekend voor thema’s als verbondenheid en solidariteit in de samenleving? Welke lichtpunten ziet de burgemeester? In gesprek met burgemeester Pieter Verhoeve van Gouda.
Wat betekent de vrijheid om jezelf te zijn in de hedendaagse Goudse samenleving?
Vrijheid betekent voor mij dat je vrij bent in je geweten en dat je niet heerst over het geweten van een ander. In de Sint Jan wordt de vrijheid van het geweten symbolisch voorgesteld op het eerste gebrandschilderde raam, uit 1596. Daar is een vrouw te zien op een kar, die over de ‘verdreven tyrannie’ rijdt. De figuur op de wagen met zwaard en schild staat voor debescherming van het geloof. In die tijd, het Gouda van de 16e eeuw, was dat een heel actueel thema. Net als nu.
Gouda was toen ook een stad van tolerantie. De Gouwenaar Erasmus schreef al over de geest van tolerantie. We kunnen nog steeds veel leren van die tijd, bijvoorbeeld van het jaar 1572. In dat jaar werd eigenlijk Nederland geboren, doordat de Geuzen en de Oranjes in opstand kwamen tegen de Spaanse bezetter.
Ik ben met een alliantie van steden als Dordrecht en Haarlem op zoek naar manieren om de geschiedenis van Nederland in een nieuw narratief te plaatsen, waarin bezielde tolerantie centraal staat. De kern daarvan is dat iedereen overal over mee praat, vanuit het besef dat de ander wat te zeggen heeft en misschien wel gelijk heeft. Het moet erom gaan dat je luistert naar elkaar. Je hebt zelf een persoonlijke waarheid, maar blijft het gesprek met de ander aangaan.
De vrijheid van de één kan botsen met de vrijheid van de ander. Hoe kijkt u aan tegen botsende rechten?
Ik pleit voor maximale ruimte voor iedereen, uiteraard vanuit goede zeden. Filosoof John Stuart Mill formuleert het alsvolgt: elk individu heeft het recht te doen wat hij wil, zolang hij de ander geen pijn doet of beschadigt. Deze stelling heeft verregaande gevolgen. Voor mij betekent inclusie dat iedereen moet kunnen demonstreren, zowel als je voor of tegen Zwarte Piet bent. Nu ontstaat vanuit de ‘dikke ik van het eigen gelijk’ soms selectieve verontwaardiging: ikzelf wil wel alle vrijheid hebben, maar gun die vrijheid niet aan een ander. Zo werkt dat niet in de samenleving die ik voorsta.
Het eigendomsrecht en het recht op het geweten zijn cruciaal om botsingen in de samenleving te voorkomen. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting bij de omgang met belast cultureel erfgoed, zoals de Gouden Koets of een standbeeld van Jan Pieterszoon Coen. Deze publieke symbolen zijn kwetsbaar. Je kunt je storen aan dit erfgoed, maar je kunt de geschiedenis niet laten verdwijnen. Wél kun je de geschiedenis opnieuw interpreteren. Zo kun je met de wijsheid van achteraf zeggen dat je er anders naar moet kijken, bijvoorbeeld door een bordje bij een schilderij te hangen.
Maximale ruimte betekent ook ruimte voor cabaretiers. Ruimte om eenieder een spiegel voor te houden, ook al worden we soms gekwetst. We hebben dat nodig om onszelf af en toe te corrigeren. De burgemeester heeft verschillende rollen in de stad: soms een scheidsrechter tussen partijen, soms een strenge huisvader en een andere keer toon je moreel leiderschap. Ik voel mij meer burgervader dan burgemeester.
Verzet tegen onrecht kent in de hedendaagse samenleving vele gezichten. Wat is geoorloofd verzet?
Boven, naast en onder de wet staat de rechtvaardigheid. Ieders persoonlijk geweten bepaalt wat de grens daarvan is. Nederland werd acht maanden geregeerd via noodverordeningen, waar nauwelijks democratische controle aan te pas is gekomen. Het kabinet bereidt op zondag in het Catshuis besluiten voor; de ministers bespreken dit op maandag, samen met de voorzitters van de Veiligheidsregio’s. Vervolgens krijg ik op dinsdag te horen wat ik vanaf woensdag moet gaan handhaven. Zonder dat een Tweede Kamer, mijn eigen gemeenteraad of ikzelf daarover heeft meegesproken.
Dit leidt soms tot ingewikkeld beleid. Ik maak mij daar zorgen over. Je merkt duidelijk dat het consumentisme een sterkere lobby heeft dan ‘plaatsen voor onderhoud aan de ziel’ als theaters, musea of kerken. Het economisch belang staat duidelijk voorop bij de Rijksoverheid.
Op het moment dat maar dertig mensen bij een uitvaart mogen zijn, vraag ik mij af of ik me daarbij neer moet leggen. Je neemt maar een keer afscheid van een dierbare en in de bouwmarkt is het veel drukker. Calvijn vond dat de lagere overheid recht had op verzet. Daarom heb ik op dit onderdeel bezwaar aangetekend bij de Veiligheidsregio.
Wanneer 99 mensen ‘a’ zeggen, dan kan diegene die ‘b’ zegt best gelijk hebben. Ik heb een sterke voorliefde voor non-conformisme. Als burgemeester sta ik veelvuldig op voor diegene die niet tot de mainstream behoren, inwoners die helemaal hun eigen plan trekken of buiten de boot vallen. Dat vinden sommigen best verrassend voor een burgemeester die afkomstig is uit de SGP. Als burgemeester ben ik van geen enkele politieke partij, maar van en voor alle inwoners van Gouda.
Wat betekent een vreedzame samenleving voor u?
Ik spreek graag van ‘bezielde vrede’, waarmee ik bedoel dat deze nooit af is. Het is meer dan afwezigheid van oorlog. Vrede blijft werken. Het is nu 75 jaar geleden dat de Tweede Wereldoorlog eindigde. Nog nooit is er zo lang staatkundige vrede geweest in Europa. Tegelijkertijd is er sprake van een toenemend onbehagen en polarisatie. Dat betekent dat er werk aan de winkel is, waarbij tolerantie en vrijheid van geweten hand in hand gaan. Burgerschap en daar aandacht aan besteden in het onderwijs zijn goede manieren om dat bewustzijn te creëren.
Het geloof geeft mij taal, woorden en inspiratie. En ook correctie. En zorgt er ook voor dat ik tenminste een keer per week mensen ontmoet met dezelfde waarden. Besef dat er zaken veel groter zijn dan jezelf. Tegelijkertijd hoop ik er ook te zijn voor iedereen in Gouda. Of dat nou moslims zijn, mensen die vrijzinnig zijn of juist niet geloven. Ik ben burgemeester voor iedereen. Burgemeesters zijn naar de aard van hun ambt, vredesstichters.